Interview Genevieve Bogers
Een half jaar na schouderblessure alweer Nederlands Kampioen
Ze begon op jonge leeftijd met judo, maar maakte later ook kennis met jiu jitsu. Ze koos voor judo, om later toch weer de switch te maken naar jiu jitsu. Bij die sport draait Genevieve Bogers inmiddels in de wereldtop mee, ondanks hardnekkig blessureleed.
Ze was 5 toen ze begon met judo. Ondertussen maakte ze kennis met allerlei andere sporten. Ballet, turnen, paardrijden. “Maar op een gegeven moment moest ik kiezen. En ik vond judo leuk. Ik was ook wel sterk, maar vond het spelletje ook gewoon leuk. En daarbij ben ik totaal niet lenig, soepel en ik ben een kluns en onhandig. Ballet was niets voor mij.” En judo dus wel. Maar daar bleef het niet bij. Jiu jitsu is nog iets leuker, vindt ze. “Je hebt, nog meer dan bij judo, dat iedereen van iedereen kan winnen. Bij judo is het verschil vaak wat duidelijker. Bij jiu jitsu heb je drie verschillende fases, met verschillende aspecten die belangrijk zijn. Stoten en trappen is belangrijk, maar judoën dus ook. Je moet alles kunnen.”
Een tijdlang probeerde ze beide sporten te combineren, maar dat bleek uiteindelijk onhaalbaar. Judo kreeg even de voorkeur, maar later switchte ze naar jiu jitsu. “Ik koos op een gegeven moment toch voor judo, omdat dat een grotere sport is. Maar judo is een heel groot onderdeel van jiu jitsu. En toen ik weer eens een wedstrijdje jiu jitsu meedeed merkte ik toch dat ik het toch wel heel erg had gemist. Dus toen ben ik voor jiu jitsu gegaan, ook al is dat een kleinere sport.” Judo is olympisch, jiu jitsu niet. Dat speelde mee toen ze voor judo koos, naast dat ze daar ook veel plezier in had en dat ook goed ging. Zo ging ze met het landenteam naar het WK in Abu Dhabi. Toch besloot ze niet meer vol voor judo te gaan. Geen gekke keuze, want in maart van dit jaar werd ze Nederlands kampioen jiu jitsu.
Dat ging niet zonder slag of stoot. Zo had ze te kampen met veel blessureleed. Haar schouder werkte niet mee. In 2016 werd ze er voor het eerst aan geopereerd. “Op het WK judo in Abu Dhabi landde ik verkeerd en ik voelde gelijk dat het niet goed was. Ik herstelde, maar tijdens kwalificatie voor het NK ging hij er weer uit. Toen heb ik een operatie gehad.”
Voor die operatie ging ze naar Eindhoven, maar daar zagen ze al snel dat het foute boel was. “Het was nog erger dan ze al dachten. Ze stuurden me door naar een betere specialist.” Dat hele traject doorstond ze goed, maar in november 2018, tijdens het WK jiu jitsu, ging het weer mis. Haar schouder ging constant uit de kom. Ze moest opgeven en werd zevende. Ze wist gelijk dat het weer foute boel was. Na allerlei onderzoeken werd ze in april 2019 geopereerd. In oktober begon ze weer te judoën en een maand later had ze weer een jiu jitsu-wedstrijd. Nu is ze pijnvrij en dus kan de blik weer vooruit.



De keuze tussen judo en jiu jitsu was geen gemakkelijke, maar in 2017 koos ze definitief. Ze judoot nog steeds, want het is een onderdeel van jiu jitsu. “Maar ik judo niet meer met de intensiteit om Olympisch kampioen te worden. Nu doe ik dat met het doel om kampioen te worden bij de World Games.” De World Games is het grootste toernooi voor sporten die niet Olympisch zijn. Voor Bogers het hoogst haalbare.
Ze traint er hard voor. Zo loopt ze onder meer twee keer in de week bij SMC, waar ze traint met behulp van schema’s gemaakt door Germen. “Ik ben heel tevreden over zijn aanpak. Ik heb in mijn carrière verschillende fysio’s gehad en gezien. Maar ik merk dat Germen echt patiëntgericht is. Hij wil het beste eruit halen. Ik merk dat hijzelf ook heel fanatiek is, dat vind ik heel tof. Dus ik heb mijn vriend, die ook last had van een blessure, er ook direct heen gestuurd. Daarnaast nam hij aan het begin even contact op met mijn judotrainer. Dat vind ik fijn, die betrokkenheid.”
Nu richt ze zich, volledig pijnvrij, op de rest van het onzekere jaar. Door corona is het altijd maar afwachten welke evenementen doorgaan. Die onzekerheid speelt een rol: “Het is mentaal wel wat ingewikkelder. Maar ik blijf hard trainen, met in mijn achterhoofd dat het doorgaat.”
En mocht het WK niet doorgaan, dan is daar altijd nog dat volgende doel: de World Games. Die zijn altijd een jaar na de Olympische Spelen, dus ook die zijn opgeschoven, naar 2022. Dat is haar grote doel. “Qua prestige is dat het grootste evenement. Ook omdat het maar eens in de vier jaar is. Het WK is er elk jaar.” En wie weet zien we haar zelfs ooit nog op de Olympische Spelen. “Ik ben 23. Ze zijn ermee bezig om jiu jitsu Olympisch te maken. Misschien lukt het in 2028. Dan zal ik ervoor gaan.”
Heb je behoefte aan begeleiding in je sportcarrière op het gebied van voeding, training of heb je te maken met blessures? Het team van SMC Amersfoort staat voor je klaar om je te helpen.